Anomos, G460, 2x = zonder wet
|
Romeinen 2:12 Want zovelen, als er zonder wet gezondigd hebben, zullen ook zonder wet verloren gaan; en zovelen, als er onder de wet gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden; |
Anomos, G459, 10x 1. wetteloos 2. (negatief) niet onderworpen aan de (joodse) wet 3. (impliciet) een heidene 4. (positief) slecht |
Marcus 15:28 En de Schrift is vervuld geworden, die daar zegt: En Hij is met de misdadigers gerekend. Lukas 22:37 Want Ik zeg u, dat nog dit, hetwelk geschreven is, in Mij moet volbracht worden, namelijk: ![]() Want ook die dingen, die van Mij geschreven zijn, hebben een einde. Handelingen 2:23 Dezen, door den bepaalden raad en voorkennis Gods overgegeven zijnde, hebt gij genomen, ![]() 1 Korinthiërs 9:21 Degenen, die zonder de wet zijn, ben ik geworden als zonder de wet zijnde ![]() ![]() ![]() 2 Thessalonicensen 2:8 En alsdan zal de ongerechtige geopenbaard worden, ![]() ![]() ![]() 1 Timotheüs 1:9 En hij dit weet, dat den rechtvaardigen de wet niet is gezet, maar ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() 2 Petrus 2:8 (Want deze rechtvaardige man, wonende onder hen, ![]() ![]() |
Anomia, G458, 15x![]() ![]() 1. Wetteloosheid, dwz schending van de wet. 2. (tweede naamval) goddeloosheid. |
Mattheüs 7:23 En dan zal Ik hun openlijk aanzeggen: ![]() Mattheüs 13:41 De Zoon des mensen zal Zijn engelen uitzenden, ![]() ![]() ![]() Mattheüs 23:28 Alzo ook schijnt gij wel den mensen van buiten rechtvaardig, ![]() Mattheüs 24:12 En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden. Romeinen 4:7 Zeggende: ![]() Romeinen 6:19 Ik spreek op menselijke wijze, om der zwakheid uws vleses wil; ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() 2 Korinthiërs 6:14 Trekt niet een ander juk aan met de ongelovigen; ![]() ![]() |
2 Thessalonicensen 2:3
![]() Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, ![]() ![]() ![]() |
2 Thessalonicensen 2:7 Want de verborgenheid der ongerechtigheid wordt alrede gewrocht; alleenlijk, Die hem nu wederhoudt, Die zal hem wederhouden,![]() totdat hij uit het midden zal weggedaan worden. Titus 2:14 ![]() opdat Hij ons zou verlossen van alle ongerechtigheid, ![]() ![]() Hebreeën 1:9 ![]() Gij hebt rechtvaardigheid liefgehad, en ongerechtigheid gehaat; ![]() Hebreeën 10:17 En hun zonden en hun ongerechtigheden zal Ik geenszins meer gedenken. 1 Johannes 3:4 Een iegelijk, die de zonde doet, die doet ook de ongerechtigheid; ![]() |
Adikia, G93, 24x 1. (wettelijk) onrecht 2. (goed) de kwaliteit van onrechtvaardig. 3. (impliciet) de handeling van onrecht. 4. (moreel) ongerechtigheid, onrechtmatigheid (van karakter, leven of daad) |
Lukas 13:27 En Hij zal zeggen: Ik zeg u, Ik ken u niet, van waar gij zijt; ![]() Lukas 16:8 En de heer prees den onrechtvaardigen rentmeester, omdat hij voorzichtiglijk gedaan had; ![]() ![]() Lukas 16:9 En Ik zeg ulieden: Maakt uzelven vrienden uit den onrechtvaardigen Mammon, ![]() Lukas 18:6 En de Heere zeide: Hoort, wat de onrechtvaardige rechter zegt. Johannes 7:18 Die van zichzelven spreekt, zoekt zijn eigen eer; ![]() ![]() ![]() Handelingen 1:18 Deze dan heeft verworven een akker, door het loon der ongerechtigheid, en voorwaarts overgevallen zijnde, is midden opgeborsten, en al zijn ingewanden zijn uitgestort. Handelingen 8:23 Want ik zie, dat gij zijt in een gans bittere gal en samenknoping der ongerechtigheid Romeinen 1:18 Want de toorn Gods wordt geopenbaard van den hemel over alle goddeloosheid, en ongerechtigheid der mensen, als die de waarheid in ongerechtigheid ten onder houden. Romeinen 1:29 Vervuld zijnde met alle ongerechtigheid, hoererij, boosheid, gierigheid, kwaadheid, vol van nijdigheid, moord, twist, bedrog, kwaadaardigheid; Romeinen 2:8 Maar dengenen, die twistgierig zijn, en die der waarheid ongehoorzaam, doch der ongerechtigheid gehoorzaam zijn, zal verbolgenheid en toorn vergolden worden; Romeinen 3:5 Indien nu onze ongerechtigheid Gods gerechtigheid bevestigt, wat zullen wij zeggen? ![]() Romeinen 6:13 En stelt uwe leden niet der zonde tot wapenen der ongerechtigheid; ![]() ![]() ![]() Romeinen 9:14 Wat zullen wij dan zeggen? ![]() ![]() ![]() 1 Korinthiërs 13:6 Zij verblijdt zich niet in de ongerechtigheid, maar zij verblijdt zich in de waarheid; 2 Korinthiërs 12:13 Want wat is er, waarin gij minder geweest zijt dan de andere Gemeenten, anders, ![]() ![]() ![]() 2 Thessalonicensen 2:10 En in alle verleiding der onrechtvaardigheid in degenen, die verloren gaan; ![]() ![]() 2 Thessalonicensen 2:12 Opdat zij allen veroordeeld worden, die de waarheid niet geloofd hebben, ![]() 2 Timotheüs 2:19 Evenwel het vaste fondament Gods staat, hebbende dit zegel: ![]() ![]() ![]() Hebreeën 8:12 Want Ik zal hun ongerechtigheden genadig zijn, ![]() Jakobus 3:6 De tong is ook een vuur, ![]() alzo is de tong onder onze leden gesteld, ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() 2 Petrus 2:13 En zullen verkrijgen het loon der ongerechtigheid, ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() 2 Petrus 2:15 Die den rechten weg verlaten hebbende, zijn verdwaald, en ![]() ![]() ![]() Maar hij heeft de bestraffing zijner ongerechtigheid gehad; ![]() ![]() 1 Johannes 1:9 Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, ![]() 1 Johannes 5:17 Alle ongerechtigheid is zonde; en er is zonde niet tot den dood. |
Adikos, G94, 11x 1. onrechtvaardig 2. (door uitbreiding) onbillijk, slecht 3. (impliciet) verraderlijk 4. (speciaal) heidenen |
Mattheüs 5:45 Opdat gij moogt kinderen zijn uws Vaders, Die in de hemelen is; ![]() ![]() ![]() Lukas 16:10 Die getrouw is in het minste, die is ook in het grote getrouw; en ![]() Lukas 16:11 Zo gij dan in den onrechtvaardigen Mammon niet getrouw zijt geweest, wie zal u het ware vertrouwen? Lukas 18:11 De Farizeër, staande, bad dit bij zichzelven: ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() Handelingen 24:15 Hebbende hoop op God, welke dezen ook zelf verwachten, ![]() ![]() ![]() Romeinen 3:5 Indien nu onze ongerechtigheid Gods gerechtigheid bevestigt, wat zullen wij zeggen? ![]() 1 Korinthiërs 6:1 Durft iemand van ulieden, die een zaak heeft tegen een ander, ![]() 1 Korinthiërs 6:9 Of weet gij niet, dat de onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet zullen beërven? Hebreeën 6:10 Want God is niet onrechtvaardig dat Hij uw werk zou vergeten, ![]() ![]() ![]() 1 Petrus 3:18 Want Christus heeft ook eens voor de zonden geleden, ![]() ![]() ![]() ![]() 2 Petrus 2:9 Zo weet de Heere de godzaligen uit de verzoeking te verlossen, ![]() |
Adikema, G92, 3x = Een fout gedaan |
Handelingen 18:14 En als Paulus zijn mond zou opendoen, zeide Gallio tot de Joden: Zo er enig ongelijk, of kwaad stuk begaan ware, o Joden, zo zou ik met reden ulieden verdragen; Handelingen 24:20 Of dat dezen zelf zeggen of zij enig onrecht in mij gevonden hebben, als ik voor den raad stond; Openbaring 18:5 Want haar zonden zijn de ene op de andere gevolgd tot den hemel toe, ![]() |
![]() |