Dunatos, G1415, 35x 1. krachtig of capabel. 2. (onzijdig) mogelijk. {letterlijk of figuurlijk} |
Adunatos, G102, 10x 1. niet bij machte zijn, zwak 2. (passief) onmogelijk. Adunateo, G101, 2x = niet in staat zijn. |
Mattheüs 19:26;
Marcus 10:27;
Lukas 18:27 En Jezus, hen aanziende, zeide tot hen: Bij de mensen is dat onmogelijk, ![]() Mattheüs 24:24; Marcus 13:22 Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan, ![]() alzo dat zij (indien het mogelijk ware) ook de uitverkorenen zouden verleiden. Mattheüs 26:39; Marcus 14:36 En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op Zijn aangezicht, biddende en zeggende: ![]() doch niet, gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt. Marcus 9:23 ![]() En Jezus zeide tot hem: ![]() Marcus 14:35 En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op de aarde, en bad, ![]() Lukas 1:49 Want grote dingen heeft aan mij gedaan Hij, Die machtig is, en heilig is Zijn Naam. Lukas 14:31 Of wat koning, gaande naar den krijg, om tegen een anderen koning te slaan, ![]() of hij machtig is met tien duizend te ontmoeten dengene, ![]() Lukas 20:13 En de heer des wijngaards zeide: Wat zal ik doen? ![]() Handelingen 2:24 Welken God opgewekt heeft, de smarten des doods ontbonden hebbende, ![]() Handelingen 7:22 En Mozes werd onderwezen in alle wijsheid der Egyptenaren; ![]() Handelingen 11:17 Indien dan God hun evengelijke gave gegeven heeft, als ook ons, ![]() Handelingen 18:24 En een zeker Jood, met name Apollos, van geboorte een Alexandriër, een welsprekend man, ![]() Handelingen 20:16 Want Paulus had voorgenomen Efeze voorbij te varen, ![]() want hij spoedde zich, om (zo het hem mogelijk ware) op den pinksterdag te Jeruzalem te zijn. Handelingen 25:5 Die dan, zeide hij, onder u kunnen, dat zij mede afreizen, ![]() Romeinen 4:21 En ten volle verzekerd zijnde, dat hetgeen beloofd was, Hij ook machtig was te doen. Romeinen 9:22 En of God, willende Zijn toorn bewijzen, en Zijn macht bekend maken, met vele lankmoedigheid verdragen heeft de vaten des toorns, tot het verderf toebereid; Romeinen 11:23 Maar ook zij, indien zij in het ongeloof niet blijven, zullen ingeent worden; ![]() Romeinen 12:18 Indien het mogelijk is, zoveel in u is, houdt vrede met alle mensen. Romeinen 14:4 Wie zijt gij, die eens anderen huisknecht oordeelt? Hij staat, of hij valt zijn eigen heer; doch hij zal vastgesteld worden, ![]() Romeinen 15:1 Maar wij, die sterk zijn, ![]() 1 Korinthiërs 1:26 Want gij ziet uw roeping, broeders, dat gij niet vele wijzen zijt naar het vlees, ![]() 2 Korinthiërs 9:8 En God is machtig alle genade te doen overvloedig zijn in u; ![]() tot alle goed werk overvloedig moogt zijn. 2 Korinthiërs 12:10 Daarom heb ik een welbehagen ![]() om Christus' wil; want als ik zwak ben, dan ben ik machtig. 2Kor 13:9 Want wij verblijden ons, wanneer wij zwak zijn, en gij sterk zijt. ![]() Galaten 4:15 Welke was dan uw gelukachting? Want ik geef u getuigenis, dat gij, zo het mogelijk ware, uw ogen zoudt uitgegraven, ![]() 2 Timotheüs 1:12 Om welke oorzaak ik ook deze dingen lijde, maar word niet beschaamd; ![]() mijn pand, bij Hem weggelegd, te bewaren tot dien dag. Titus 1:9 Die vasthoudt aan het getrouwe woord, dat naar de leer is, ![]() om de tegensprekers te wederleggen. Hebreeën 11:18 (Tot denwelken gezegd was: In Izak zal u het zaad genoemd worden) overleggende, ![]() Jakobus 3:2 Want wij struikelen allen in vele. Indien iemand in woorden niet struikelt, ![]() Openbaring 6:15 En de koningen der aarde, en de groten, en de rijken, en de oversten over duizend, en de machtigen, en alle dienstknechten, en alle vrijen, ![]() |
![]() |
'in jezelf' is het tegenovergestelde |